Puur, betrokken …

Zen aan Zee

door | 3 sep 2021

Op een van de laatste mooie dagen van het jaar ontmoet ik Iris in Amsterdam, we gaan een dagje naar zee. Ik pik haar op bij Centraal Station. Ik parkeer mijn auto op de taxiplek en wacht buiten tot ze mij ziet en naar mij toe komt lopen. Haar tas belandt op de achterbank en ik start mijn auto. Het is heerlijk dat we op deze zonnige dag de drukke stad achter ons kunnen laten.

Iris is dakloos en ik leerde haar kennen toen ik gesprekken voerde voor een Kruispuntuitzending over dakloosheid. Het waren mooie ontmoetingen en ondanks dat ze niet meedeed met ons programma groeide onze band. Iris zie ik heel vaak niet als iemand zonder eigen woon-of verblijfplaats. Voor mij is zij een vrouw waar ik mij verbonden mee voel, waar ik een spirituele klik mee heb. We rijden naar Zandvoort. Het is zonnig, windstil en op een doordeweekse dag hopelijk vrij rustig aan het strand. Iris heeft al jaren de zee niet gezien, vertelt ze. We parkeren en lopen richting een strandtent en besluiten eerst maar eens wat te gaan drinken en een hapje te eten. Wat een mazzel, we hebben de meest fantastische plek op het terras bemachtigd, met vrij uitzicht. Schoenen uit en de benen omhoog, onze dag kan niet meer stuk.

Uren zitten we in de zon en praten, staren naar de zee en de zonaanbidders om ons heen. Ik praat niet met veel mensen over mijn spirituele kant, maar met Iris is dat juist iets dat vanzelf gaat. Gaandeweg de dag vertelt Iris ook kleine dingetjes over haar leven voordat ze dakloos werd. Gek is dat, ik heb me nooit gerealiseerd dat ze ook een huis heeft gehad, een man, een hond, familie… eigenlijk wat de meesten van ons als ‘normaal’ beschouwen. Toch is dat ‘normale’ voor haar op dit moment niet zo dichtbij als het lijkt, weet ik inmiddels. Ondanks dat ze recht heeft op haar AOW en pensioen kiest ze er nog niet voor. Toch ben ik niet zo bezig met haar huisje, boompje, beestje en dat soort dingen. Ik geniet vooral van de band die we hebben, het is iets onuitgesprokens.

Aan het eind van de middag breng ik haar weer terug naar Amsterdam, naar de plek waar ze slaapt. Bij het afscheid geven we elkaar een dikke knuffel en Iris vertelt dat ze het een onvergetelijke dag vindt, net vakantie. Als ik de straat uitrijd, de stad door op weg naar mijn huis realiseer ik me dat Iris mij altijd uitnodigt om in het moment te leven, bewust te zijn van je gevoel en daarop te vertrouwen. Ik rijd met een tevreden gevoel naar huis. Onze beginnende vriendschap is wellicht ongewoon, maar voor mij waardevol.